“Pardon, het gaat niet om kritiek op Israël, het gaat hier om antisemitisme” – over een onverschrokken Berlijnse cultuursenator, Joe Chialo

Gepubliceerd op 24 september 2024 om 15:50

“Ik laat me niet intimideren.” Ook de Berlijnse senator voor cultuur, Joe Chialo, staat vandaag onder politiebescherming. Radicale elementen uit de pro-Palestijnse scène besmeurden zijn woning en toegang met rode verf. “Alsof je door bloed liep”, zegt Chialo in gesprek met de Süddeutsche Zeitung.

De reden voor het vandalisme van de daders laat zich raden: de cultuursenator schrapte de financiering van het cultuurcentrum Oyoun. Hij onderstreept in het interview meteen dat het allerminst een persoonlijk besluit was. De stopzetting van de subsidie is politiek breed gedragen, parlementair en bestuurlijk, en bovendien gerechtelijk bevestigd.

Over de oorzaak laat hij de (hyper)kritische Süddeutsche bepaald niet in het onzekere: “De rode lijn is voor mij overschreden, wanneer men zich van antidemocratische middelen bediend om eigen posities door te zetten. Als mensen van bepaalde groepen, bijvoorbeeld mensen van Joodse komaf openlijk belasterd en geïntimideerd worden, wanneer zij doelbewust buitengesloten en gecanceld worden. Naar onze bevindingen is dat exact gebeurd in het Oyoun Centrum.”

Sindsdien bevindt Joe Chiallo zich in het vizier van pro-Palestijnse onverlaten. Zo scheerde tijdens een bijeenkomst een microfoonstandaard rakelings langs de CDU-politicus en verwondde een vrouw. Luttele weken later was zijn huis het mikpunt. Niet alleen met rode verf, maar ook met teksten als “Genocide Joe Chiall” (naam juist spellen blijft moeilijk!) en “Meet the demands”.

Die laatste woorden  –“Kom onze eisen na” – beschouwt de cultuursenator als “een poging tot chantage” ofwel “financier Oyoun anders maken we problemen”. Daarover piekert Chiallo echter geen moment: “Ik laat me niet chanteren, klip en klaar.” Zeker, voordat hij in de politiek ging, genoot hij in alle opzichten van een beter leven, “maar ik duik niet weg”.

Vanzelfsprekend grijpt de situatie de Berlijnse bestuurder aan. Allereerst uit zorg om zijn familie. Maar evengoed maatschappelijk gezien. De verontreiniging van zijn huis staat voor Chiallo als “een symbool, hoe kapot het maatschappelijk discours intussen is”.

 Na het microfoonincident staat hij onder permanente politiebewaking om gewoon zijn beroep uit te kunnen oefenen. En zijn beroep brengt juist veel optredens buitenshuis mee. “Voor mijn gezin een volledig nieuwe en belastende situatie. Wat nu gebeurd is, is het duidelijke signaal van een geradicaliseerd milieu, van een kleine groep, die poogt haar mening met geweld door te zetten. Het signaal luidt: wij weten, waar je woont. Dat is een nieuwe trede omhoog op de escalatietrap.”

Hoe wisten de daders eigenlijk zijn privéadres? Dat is immers nergens publiekelijk bekend, informeert  Chiallo. “De daders moeten mij geobserveerd hebben”, vermoedt hij. “Dat getuigt van een aanzienlijke criminele energie.”

Intussen vraagt de bedreigde cultuursenator zich af: wat bekent het parool “Genocide Joe Chiallo”? “Moet dat een doodsbedreiging zijn? Zo kan men dat op z’n minst verstaan. Of moet het betekenen dat ik persoonlijk verantwoordelijk ben voor het massale sterven en lijden in Israël en in de Gazastrook? Dat is waanzinnig.” De Berlijnse senator gunt iedereen het recht en de vrijheid gevoelens van pijn te uiten, binnen en buiten de cultuursector. “Maar mij voor de situatie in het Midden-Oosten verantwoordelijk te willen maken, is krankzinnig, bullshit next level. Ik weet niet, hoe ik dat anders moet aanduiden.”

Evenmin als Joe Chiallo zich demagogie laat aanleunen van activistische zijde, evenmin gebeurt dat tegenover de Süddeutsche Zeitung. De krant legt hem de vraag voor of hij zich kan indenken dat de intrekking van de subsidiëring van cultuurcentrum Oyoun tot de beschuldiging van “censuur” leidde aan zijn adres. Oyoun moet tenslotte ook nog eens eind dit jaar de deuren helemaal sluiten. Het huurcontract is opgezegd.  En dat allemaal vanwege “programma’s die Israël kritiseren”…

De respons van de senator is glashelder: “Pardon, het gaat niet om kritiek op Israël, het gaat hier om antisemitisme. De Israëlische regering bekritiseren is legitiem en natuurlijk ook mogelijk in cultuurinstanties, die door land Berlijn worden gedragen. Wij willen in de cultuur ruimte bieden voor uiteenlopende perspectieven, plekken waar mensen ook hun rouw, verontwaardiging, smart en emotie kunnen uiten. Er bestaan zeer uiteenlopende perspectieven juist als het om Palestina, Israël of kolonialisme gaat. Maar daartoe behoort ook een respectvolle omgang met mensen, die van hun kant een ander perspectief bezitten. Dat is het, waar Berlijn voor staat.”

Tegelijkertijd erkent Chiallo heel oprecht dat Berlijn momenteel zwaar gebukt gaat onder een antisemitismeprobleem. Dat vereist dan ook een gezamenlijk verweer tegen alle antisemitische intimidatiepogingen, luidt zijn strijdbare oproep. “Omdat ik me heel duidelijk heb opgesteld, heeft een radicale groep mij als hun doelwit uitgekozen. Om het duidelijk te zeggen: in mijn ogen zijn dat antisemieten. Ik vrees dat zolang de oorlog in Israël, in Gaza en nu ook in Libanon voortduurt, misschien ook nog daarna, ik met de agressie van dit geradicaliseerde milieu moet rekenen. Ik vertrouw erop dat de politie de noodzakelijke maatregelen treft ter bescherming van mijn gezin.”

Cultuursenator Chiallo is vastbesloten niet te wijken voor alle agitatie tegen en demonisering van zijn persoon én ambt. Dat doet hij evenzeer, zo beklemtoont de bestuurder, voor de vrijheid van Joodse kunstenaars, die “vanwege hun afkomst of hun houding tegenover het Midden-Oostenconflict” gecanceld worden. Bovenal ziet hij geen enkele aanleiding om “het misbruik van publieke middelen te tolereren voor het instellen van “veilige plaatsen” ten behoeve van antisemitisch activisme”. En ja, daarbij “laat ik me niet intimideren”, rondt de Berlijnse senator krachtig het boeiende interview af. Chapeau voor zo’n resolute bestuurder!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.