Feuilleton: Wat er aan de hand is op onze scholen (2)

Gepubliceerd op 9 september 2024 om 12:03

Veel jongeren met een migratie-achtergrond leven al jaren in Oostenrijk, maar zijn in het land nog altijd niet aangekomen, observeert Christian Klar, directeur van een middelbare school in Wenen. “Velen wijzen Oostenrijk en de Oostenrijkers af, sommigen dromen ervan eens in hun geliefde vaderland terug te keren. Hun houding is gestempeld door nationalisme”, schrijft hij in zijn pas verschenen boek ‘Was ist los in unseren Schulen”.

Klar illustreert zijn waarneming met een anekdote. Die hoorde hij van Selya (alle namen zijn gefingeerd in het boek), een betrokken lid van de ouderraad van zijn school. Selya drinkt koffie met een kennis en bestelt voor beiden, want haar gesprekspartner beheerst de Duitse taal niet goed genoeg. “Je bent hier al zo lang, waarom spreek je geen Duits?”, vraagt ze. Het antwoord is ontwapenend: “Ik heb hier geen Duits nodig. Alles doe ik in het Arabisch. In dit koffiehuis ben ik alleen maar vanwege jou gegaan, normaal gesproken ga ik naar Arabische cafés.”

Nog een anekdote uit Klars pen. Dragan komt uit Servië. Hij wil voetbalprof worden. En Dragan is ook zeer talentvol. Maar hij toont geen enkele interesse om Duits te leren. Ervaren leraar Klar probeert het via voetbal. “Dragan, het is zo belangrijk dat je Duits leert. Hoe wil je anders de trainer begrijpen en je medespelers?” Diens antwoord is eenduidig: “Bij mijn club heb ik geen Duits nodig. De trainer is Serviër, de meest spelers ook. Wie geen Servisch kent, heeft een probleem.”

Hoe de schooldirecteur over dit integratieprobleem denkt, laat hij duidelijk merken: “Omdat buiten de school velen niet meer Duits spreken, dient Duits binnen het hele bereik van de school (ook in de pauzes) de gemeenschappelijke taal te zijn. Naar mijn mening is het ook een kwestie van beleefdheid een taal te spreken, die allen verstaan.”

Dafina is een meisje van Albanese komaf. Bijzonder vlijtig, leergierig. Ze kletst graag met de schooldirecteur. Echter, Dafina leeft in twee werelden. Maar als het later op trouwen aankomt, heeft zij geen vrije keus. Al tijdens haar schooltijd vertrouwt ze Klar toe: “Ik voel me hier thuis, en ik zal ook altijd hier thuis zijn, maar ik moet met een Albanese moslim trouwen, anders maak ik mijn ouders ongelukkig.”

Christian Klar wijdt een apart hoofdstuk aan geweld op school. Dat zegt genoeg. Eens komen twee meisjes naar hem toe: “Meneer de directeur, weest u alstublieft voorzichtig. Hij is gevaarlijk en wij willen niet dat u iets overkomt. Hij heeft altijd een mes bij zich en dat heeft hij al vaker gebruikt.”

Op een dag snelt een collega naar Klar. Het gaat over minderjarige Afghanen, die onbegeleid Oostenrijk zijn binnengekomen. “Je gelooft het niet, wat de kinderen zojuist tegen me hebben gezegd! Ze hebben gezegd: wij mogen meneer de directeur en wij respecteren zijn regels. Vanaf nu laten we onze messen thuis, als we naar school gaan. Maar voor we naar het park gaan, wandelen we naar huis om de messen op te halen.” De toevoeging dat ze die niet willen gebruiken, maar als gelijke bewapening bij zich dragen tegen eventuele overvallen door Tsjetsjenen, geeft de achtergrond van de conversatie onder de Afghaanse scholieren aan.

Basisprincipe voor schoolleider Klar is: bescherming van slachtoffers gaat absoluut boven bescherming van daders. Want, “de vrijheid van het individu eindigt daar, waar zij de vrijheid van anderen beperkt” ofwel “de rechten van de dader eindigen daar, waar zij de rechten van het slachtoffer inperken”. Kinderen hebben, zo vervolgt hij, het recht op veligheid in school, ouders hebben het recht de school te vertrouwen voor de veiligheid van hun kinderen. “Kinderen hebben ook het recht op een positieve leerruimte, die zoveel mogelijk gevrijwaard blijft van ordeverstoringen.”

 Klar is, kortom, gewoon klaar met al die begripvolle praatjes voor daders. “Dat moet stoppen.” Het verdriet hem dat veelal slachtoffers van school moeten wisselen of dat zelfs hun ouders zich gedwongen zien naar een andere woonplaats te verhuizen. “Leerkrachten hebben jammer genoeg veel te weinig mogelijkheden foutief handelen te sanctioneren.”

Een bevriende schooldirecteur belt Klar op. Een van zijn scholieren is niet meer te handhaven. Heeft Klar soms een plekje? Dat is er. Wellicht gaat de knaap zich beter gedragen in een andere schoolomgeving. Maar de betrokkene voelt hier weinig voor. Als hij er vrijdags lucht van krijgt, dat hij zich de volgende maandag vroeg bij Klar moet melden, schrijft hij naar de WhatsApp-groep van  zijn klas het volgende bericht: “Maakt niet uit, ik steek directeur neer”. De knaap onderstreept die woorden met de foto van een mes, waarvan bloed druipt.

Tot in detail verhaalt Klar wat hij daarna allemaal te stellen kreeg met deze Aleksandar, inclusief meerdere aangiftes bij de politie… Uiteindelijk belandt Aleksandar in de jeugdgevangenis, maar nu gelukkig “een vak leert en op de goede weg is”. De moeder van Aleksandar belt de schooldirecteur of hij ook haar dochter wil inschrijven.

Dit is het tweede deel van een kleine serie artikelen over het boek “Was ist los in unseren Schulen – Ein Schulreport”, door Christian Klar, uitgever Seifert, Wenen, 2024, 22 euro.

Aflevering drie en slot gaat over “islam als uitdaging op school” en “specifieke problemen met de islam”.

 

 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.