“Morgen staat je tent in de fik als je doorgaat met Coca-Cola te verkopen”

Gepubliceerd op 7 juli 2024 om 22:09

“Ik ken eigenlijk geen criticus van het islamisme in Duitsland, die niet onder politiebescherming staat. En ik vraag me na dit interview af, wanneer het bij mij zover is.” Uitspraak van Güner Balci, belast met de zware taak van integratiebevordering in het Berlijnse probleemdistrict Neukölln, in een openhartig gesprek met het Duitse magazine Cicero (4 juli 2024).

Balci, dochter van alevitische gastarbeiders uit Turkije, zag ook zelf het levenslicht in Neukölln (1975) en groeide erop. In 2020 volgde haar benoeming tot “Integrationsbeauftragte”.

De vreugde in haar district over de massamoord van Hamas op 7 oktober 2023 verraste Balci geenszins. De viering van islamistische terreur gebeurde daar ook al na de aanslagen van 11 september 2001 in de VS. In Neukölln is het scheldwoord “Jood” niet pas sinds 7 oktober op schoolpleinen en voetbalvelden gangbaar. Wat Balci veeleer verraste na 7 oktober, waren de vele stemmen in het district die zich tegen Jodenhaat keerden.

Blijft staan, houdt Cicero de integratie-expert voor, dat Joden zich niet meer in Neukölln wagen. “Zou u het Joden afraden uw district te bezoeken?” Een loodrechte vraag! Zonder omwegen repliceert Balci heel eerlijk: “Neukölln is voor Joden beslist onveilig.” Ze illustreert dat met de feiten. De afgelopen maanden zijn Hebreeuws sprekende mensen overvallen en aangevallen. Verder is er sprake van zware lichamelijke verwondingen, door Jodenhaat ingegeven. Een van de rabbijnen in Neukölln laat zich echter niet door deze openlijke Jodenhaat afschrikken. Hij blijft zijn keppel dragen. Onlangs sprak Balci de rabbijn. Hij was helemaal opgetogen. Er was hem die dag een keer niets overkomen. “Ja, dat is in ons district de treurige realiteit”, erkent Güner Balci. Ze laat er echter meteen opvolgen: “Toch is dit alles geen exclusief Neukölln-probleem.”

Cicero vraagt Balci ook naar de dimensie van dagelijks antisemitisme op de scholen in haar Berlijnse district. Neukölln kent immers in het onderwijs een zeer hoog percentage aan moslimscholieren uit Arabische landen. Bepaald geen nieuw fenomeen, repliceert Balci in eerste instantie. Punt is, zo vult ze aan, dat de meeste gevallen van Jodenhaat lange tijd gewoon niet gemeld werden. “Veel leraren en schoolleiders negeerden het welig tierende antisemitisme. Dat was een groot falen in ons district, dat simpelweg werd geduld. Wij, Neuköllner weten allemaal dat Joodse kinderen op onze staatsscholen niet veilig zijn. Wij moeten het heel open benoemen.” Tegelijkertijd wijst de Integrationsbeauftragte het gevaar voor de Joodse kinderen op haar dienstterrein aan: het zijn “eenduidig” kinderen uit moslimfamilies met een Arabische of Turkse migratiegeschiedenis. “Zelfs de ontkenning van de Holocaust is onder enkele leerlingen van Arabische komaf geen zeldzaamheid.”

Openlijke loochening van de Holocaust? Cicero lijkt het bijkans niet te geloven. “Heel regelmatig zelfs”, klinkt het bevestigend uit Balci’s mond. En telkens weer. Ze vertelt dat veel migrantenkinderen en jongeren bovendien niets willen weten van de bijzondere Duitse verantwoordelijkheid jegens de Joden. Op zijn laatst sinds 7 oktober behoort ook de gelijkstelling van de Holocaust en de situatie in Gaza tot het standaardrepertoire van moslimscholieren in Neukölln. Die kinderen krijgen thuis, voor de televisie, dagelijks Jodenhaat opgelepeld. “Wij beleven in Neukölln dat er in Arabische families deels zelfs enthousiasme heerst over Hitler.”

De opmars van de politieke islam (islamisme) onder Duitse jongeren duidt de integratiedeskundige als de schuld van ’s lands leidende politici. Zij hebben immers gewoon toegekeken hoe islamistische groepen vele jaren ongefilterd haat en hetze verspreiden konden. “Tot op heden zonder consequenties.” En passant zat de Duitse politieke top gezellig aan tafel met vertegenwoordigers van de politieke islam. Daarbij lieten en laten deze autoriteiten liberale en seculiere moslims gewoon in de kou staan. Dat Duitse pappen en nathouden van islamitische reactionairen zit Güner Balci heel hoog: “Dat is voor mij crimineel. Het is een aanval op onze vrije samenleving, op onze democratie. Aan de decennialange ignorantie van veel politici is het te danken dat bekende liberale moslims vandaag de dag nauwelijks zonder politiebescherming hun huis verlaten kunnen.”

De Integrationsbeauftragte spreekt vanuit de dagelijkse realiteit in Berlijn-Neukölln: “Weet u, in ons district wonen er tienduizenden mensen met een migratiehistorie, die stil zijn, die zwijgen, die bang zijn en door fundamentalisten in het dagelijks leven worden geïntimideerd. Winkeliers op de Sonnenallee krijgen dreigementen te horen als “Morgen staat je tent in de fik als je doorgaat met Coca-Cola te verkopen”. In persoonlijke gesprekken ervaar ik dat deze zwijgende meerderheid onder steeds grotere druk komt te staan.”

Uit diverse hoeken krijgt Güner Balci doodsbedreigingen, van uiterst rechts tot radicaal links plus “Turkse fascisten”.   “Door deze vijanden van de vrijheid gehaat te worden, beschouw ik als een grote bevestiging van mijn werk. Over het gevaar door het islamisme.” Van opgeven wenst Balci absoluut niet te weten. “Wij in Neukölln gaan offensief de milieus in en onderhouden een uitgebreid netwerk.” De zorgen van onberispelijke moslimse staatsburgers gaan haar duidelijk aan het hart. Nu nog de Duitse politieke gezagsdragers die de politieke islam de definitiemacht over het spirituele leven van moslim gelaten hebben, vat Balci haar scherpe oordeel samen.

Zie interview in Cicero van 4 juli 2024 onder de titel “Ich frage mich, wann es bei mir so weit mit dem Polizeischutz ist” door Clemens Traub.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.